“Jazz ligt erbij als een kadaver met een troep gieren erboven”. Dit is de omineuze kop van een uitgebreid artikel van Renze de Vries over jazz in de theaterbijlage van 24 september 1993. Deze vrije associatie met jazz maakt de Vries tijdens een vakantie in noord-Spanje wanneer hij op een berghelling plotseling grote gieren boven z’n hoofd ziet rondvliegen. Zo ziet hij de jazz, als een kadaver.
De voortekenen van een stervend muziekgenre – niet de muziek maar wel het publiek – zijn er al een tijdje: festivals als het North Sea Festival trekt (in 1993) met gemak 70.000 mensen terwijl de reguliere jazzpodia nauwelijks nog publiek trekken. Een merkwaardig verschijnsel maar hij ziet zowel bij de SJIG-concerten als bij de concerten van het Grand Theater, Oosterpoort en De Spieghel. Het muzikaal peil is hoog maar het publiek laat het steeds vaker afweten. Café-uitbaters nemen geen risico’s meer en programmeren steeds minder jazzmuziek.
De Vries constateert dat de jazzscene in Nederland en in Groningen langzamerhand teloor is gegaan. De muziek zal wel blijven op de één of andere manier maar hij ziet een sombere toekomst voor live jazzmuziek. Liefhebbers zijn er wel maar er is geen echte jazzpubliek meer in Groningen volgens de Vries: “uitgedund tot pakweg 25 mens in Groningen”. Impro is veel te hoogdrempelig (het North Sea heeft juist gekozen voor een laagdrempelige programmering, voor elck wat wils) en er is zoveel meer dan jazz (“zap en sap”). En wie zijn de rondcirkelende gieren die de restanten van het kadaver uitpikken en opruimen volgens de Vries? O.a. muzikanten uit de hip-hop/rockhoek die jazzsamples uit jaren ‘50 Blue Note verzamelboxjes pikken die ze vervolgens tot groove-muziek voor de jaren ‘90 verwerken.
Dilemma’s in het bestuur
Er is – binnen en buiten het bestuur – veel kritiek op het SJIG over de koers die er gevaren wordt: een ‘dooorgeefluik’ met weinig eigen initiatief, te veel op afstand van het veld, incidenteel beleid op projectbasis. Binnen het bestuur wordt het beleid (een meer thematische en projectmatige programmering) geëvalueerd en dat leidt tot een discussie over de vraag of men toch niet weer terug moet naar een regulier programma in plaats van projecten. Hoewel kwalitatief van hoog niveau worden niet alle projecten even goed bezocht. Een aantal bestuursleden denkt dat een regulier programma tot meer bezoekers leidt.
Daarnaast laten meerdere bestuursleden weten dat ze er eigenlijk mee willen stoppen, veelal omdat ze het druk hebben met andere zaken. Kortom, gerommel in het bestuur.
Binnen het bestuur zijn de kampen over de projecten verdeeld en dus besluit men om een openbare vergadering uit te schrijven waarop iedereen die dat wil de voorkeur voor de projectvorm of voor regulieren concerten kan uitspreken. En men hoopt mensen enthousiast te maken voor een bestuursfunctie.
Op een drukbezochte vergadering geeft een ruime meerderheid aan weer terug te willen naar een reguliere programmeringen op een vast podium. Er zijn ook veel mensen bereid in het bestuur te stappen. Eind van dit jaar komt het bestuur tot de conclusie dat het tijd is voor radicale vernieuwing maar dat dat met het huidig bestuur niet goed mogelijk is. Het voltallige bestuur besluit af te treden om ruimte te maken voor een nieuwe club.
Exit Overstag
Een ander kwestie die speelt begin 1993 is Overstag. In 1992 overweegt de eigenaar – Otze Timmermans – te stoppen met het zelf uitbaten van Overstag en het café te verhuren aan één van zijn medewerkers. Maar dat is geen jazzliefhebber zoals Timmermans en eind 1992 wordt duidelijk dat Overstag volgend jaar – 1993 – niet meer beschikbaar is als podium voor de SJIG-concerten. He bestuur moet weer op zoek naar een ander podium. Het liefst natuurlijk weer een eigen jazzhuis maar dat zit er voorlopig nog niet in. Het bestuur doet weer een beroep op De Spieghel en maakt afspraken met het Grand Theater. Dat duurt even en de SJIG kan pas op 27 februari hun eerste concert in de stad programmeren, in De Spieghel.
Open deuren, open venster
Begin van het jaar verschijn de provinciale cultuurnota “Open deuren, open vensters” van de gedeputeerde Mirjam de Meijer. Voor de komende 3 jaar is er 2 miljoen gulden minder beschikbaar voor cultuur en binnen de sector wordt flink met budgetten geschoven. Voor de SJIG echter lijkt het goed uit te pakken. Hoewel nog geen bedragen worden genoemd stelt de nota voor de SJIG een meerjarige subsidie in het vooruitzicht.
Henri de Wolfprijs 1993
Wethouder Klaas Swaak reikt op zaterdag 15 mei aan Alan Laurillard de Henri de Wolf-prijs uit. Het juryrapport roemt Alan Laurillard om zijn “onverminderde bereidheid zich in te zetten voor jonge muzikanten en zijn voortdurende speurtocht naar nieuwe uitdagingen”. De jury (Adriaan de Voogd, Renze de Vries en Eddie Determeyer) vindt overigens dat het jazzklimaat in de stad niet goed is: weinig jong talent en SJIG en De Oosterpoort “zijn in een diepe winterslaap gegaan”. De jury heeft waardering voor De Vrije Hand, het Grand Theater en het onlangs gerenoveerde café De Spieghel. De wethouder nuanceert de kritiek van de jury: het culturele aanbod in de stad is groter dan ooit, maar het publiek is kritisch geworden en het is de taak van de jazz om nieuw publiek aan zich te binden.
Dit is de 10e – en tevens de laatste – keer dat de prijs wordt uitgereikt en daarom treedt Alan Laurillard met het workshoporkest bestaand uit jongen muzikanten – The Whirldogs – gedurende twee weken op verschillende plaatsen in de stad. Het project van Laurillard wordt gesubsidieerd door de SJIG.
De Vrije Hand in de problemen
Paul Penninkhof stopt na 5 jaar met De Vrije Hand, hij heeft andere plannen. Er is wel een opvolgen dus De vrije hand gaat door. In het Nieuwsblad van 8 april een interview met Penninkhof waarin hij zich o.a. beklaagt over het ontbreken van voldoende steun in de stad voor zijn project: geen gemeentelijke subsidie, onvoldoende aanbod van nieuw jong muzikaal talent (“muzikanten zijn behoudender gaan denken”) en onvoldoende bestuurlijke zwaargewichten om de organisatie en het bestuur van de Vrije Hand op zich te nemen en subsidies te regelen. “De Stichting Jazz blijkt ze niet te hebben, die zijn niet meer bij de tijd, blijken niet meer goed in te kunnen spelen op nieuwe situaties. Dat valt ze verder niet te verwijten, ga er maar eens aan staan om het zo lang vol te houden. [… ] Maar een beleidsvisie of duidelijke criteria voor wat ze wel of niet ondersteunen is er niet meer bij. Wij blijken bijvoorbeeld keer op keer niet met ze te kunnen werken. En ik heb het gevoel dat dat bepaald niet aan ons ligt”.
In november worden de muzikanten die in Huize Maas voor De Vrije Hand gaan optreden door de beheerder van Huize Maas optrede verboden en op straat gezet. Volgens beheerder J. Bons omdat de Vrije Hand de afspraken met Huize Maas niet nakomt. Vrije Hand programmeur Eddie Koekoek is uiteraard woedend maar weet het concert gelukkig naar café De Smederij te verplaatsen. De muzikanten pakken de instrumenten weer in en vertrekken naar De Smederij. Het contract met Huize Maas loopt op 1 februari 1994 af, de toekomst voor De Vrije Hand wordt heel onzeker.
Concerten, workshops
Reguliere concerten
De werkelijkheid blijkt toch wat zonniger dan de Vries schetst: er zijn nog nooit zoveel bezoekers geweest bij de SJIG-concerten. Op de concerten in de stad komen dit jaar gemiddeld 76 muziekliefhebbers af. Het totaal aantal SJIG – concerten dit jaar is 106, waarvan 49 in de stad en 57 in de provincie. Topper dit jaar is gitarist Mike Stern in De Oosterpoort met 460 toeschouwers. Als we die buiten beschouwing laten is het gemiddelde bezoekersaantal nog steeds hoog, 63 per concert.
Gitaarproject
Op initiatief van gitarist Jan Kuiper organiseert de SJIG van september tot december een gitaarproject, Jan Kuiper is projectleider. Het project is verspreid over 16 concerten in De Spieghel met Mike Stern in De Oosterpoort als hoogtepunt. De VPRO is enthousiast en maakt radio-opnamen en besteedt er ruim aandacht aan op de radio, het BIM-huis in Amsterdam en het Utrechts SJU-podium nemen het project over.
String Project
Verder een project met het Grand Theater, het String project, een dubbelconcert met een strijkersensemble uit Groningen – Hoeksma/Ammerlaan – en het String Trio uit new York.
Continental Contrasts project
Moderne Europese geïmproviseerde muziek meets de modulerende klassieke Indiase raga’. Een aantal muzikanten voeren composities uit van Alan Laurillard op orgel, tabla, sitar, percussie en samples. Er vinden drie concerten plaats in de provincie en één in de stad.
De Verhuizing project
Een project van Johan Huizing waarvoor SJIG de gages voor vier concerten voor haar rekening neemt. Het concert wordt in de stad en in de provincie een keer of 10 uitgevoerd.
Op 15 oktober is er nog een ingelast concert met het Rein de Graaff trio en trompettist Billy Mitchel.
Op 12 december is er een dubbelconcert in (samenwerking met) het Grand theater: de Lion Tamers of Perpetuem en Maiden Voyage.
Concerten in de provincie
Verspreid over de hele provincie vinden 56 concerten plaats. Ze staan allemaal vermeld in het concert-overzicht. In Leek dit jaar weer het VIRUS-festival, deze keer sterk Afrikaans georiënteerd, waarover het bestuur enthousiast melding maakt in haar jaarverslag. Het Nieuwsblad op 13 december is minder enthousiast, Renze de Vries vindt het artistieke niveau ver beneden peil.