Een roerig jaar

Een paar veranderingen in het bestuur dit jaar:

Tiemo Peereboom gaat zich bezighouden met de coördinatie van het groeiend aantal workshops en Niels de Voogd vervangt Ton Los voor publiciteitszaken.

Up There
De financiële problemen die in 1987 ontstonden worden o.a. opgelost door geld dat met steun van het ministerie van WVC beschikbaar komt uit het “Up-There” project. Up There is een “orgelproject” van Alan Laurillard met de bedoeling jazz te verenigen met invloeden uit de klassieke muziek, Afrikaanse ritmes en boventoonmuziek. Deelnemende muzikanten zijn Greetje Bijma (stem), Klaas Hoek (orgel), Bé Meiborg (synthesizer) en Charles Huffstadt (drums). Aanvankelijk vinden de concerten alleen in de regio plaats maar een paar jaar later gaat het project het land in. WVC subsidieert het project.

Swinging Groningen
In 1988 vindt de eerste editie van Swinging Groningen plaats, op 1,2 en 3 september op verschillend podia in het centrum van de stad, georganiseerd door een aparte stichting Swinging Groningen. Het festival bestaat uit straatparades, een kroegentocht en grotere bands van naam op de grote Markt.

In café Het Binnenhof (zijstraatje van de Oosterstraat) organiseert Paul Penninkhof sinds het voorjaar De Vrije Hand, waarbij een (jazz-) muzikant de hand vrij heeft om een maand lang naar eigen keuze muzikanten uit te kiezen en met hen het podium te vullen. Een beetje het midden tussen een concert en een jamsessie maar altijd verrassend en vermakelijk. De Vrije Hand zal uiteindelijk uitgroeien tot een fenomeen in de stad. In 2011 valt het doek voor De Vrije Hand.

 

 

 

 

 

Maffia
In het najaar komt de gemeente Groningen met een cultuurnota, “Structuur in Cultuur”.  De Adviesraad Cultuur die de gemeente adviseert over incidentele kunstactiviteiten is niet gecharmeerd van de nota, vindt zelfs ‘genant’ omdat elke vorm van visie of visiekracht ontbreekt.  De Adviesraad kondigt een alternatieve nota aan maar komt vooruitlopend daarop alvast met wat punten van kritiek. De Stichting Jazz vertoont volgens de Adviesraad “inteelt-verschijnselen die de talenten (zoals Frans Vermeerssen) op de vlucht naar elders doen slaan”.  De Adviesraad refereert hier aan het besluit van Frans Vermeerssen om na 10 jaar Groningen naar Haarlem te verhuizen. Hij vertelt over zijn ervaringen in Groningen in een uitgebreid interview in het Nieuwsblad van 27 april 1988. Daarin zegt hij o.m. dat hij de samenwerking met de muzikanten in Groningen heel prettig vindt maar vervolgens:

“Toch kun je niet zeggen dat de Groninger jazzmuzikanten één grote gelukkige familie vormen. Er is een vrij grote groep die al dan niet onder auspiciën van de stichting Jazz In Groningen workshops en andere projecten opzet en uitwerkt. Vaak gebeurt dat in Jazzhuis De Spieghel óf in De Noordpool, het ‘muzieklaboratorium’ van de gelijknamige groep Groninger componisten en musici. Er zijn evenwel ook muzikanten die zich om de een of andere reden niet in dit circuit ophouden.[ ]  Het is misschien zo dat het kliekje waar ik in zit, laat ik het zo maar noemen, goede contacten heeft met de stichting Jazz. Dat is ook omdat we daar heel veel gedaan hebben en initiatieven genomen hebben, noem maar op. Maar dat is dan een soort mafia geworden. Ik kan me voorstellen dat je dat zegt als je daar niet in zit. Er is wel overleg geweest, ooit. Er zijn wel eens vergaderingen geweest waar dat soort dingen ter sprake gekomen is. Maar ja, ik denk altijd: als je met iemand wil spelen dan doe je, dat gewoon.”

Popburo
Op 9 december verschijnt er een artikel in het Nieuwsblad dat de Stichting Jazz de workshop-activiteiten van het Popburo Groningen wil overnemen. Het Popburo bestond van 1979 tot 1989 was een vanuit Simplon opgericht bureau voor popgroepen voor het gebruik van oefenruimtes en het maken van opnames voor demo’s. En het buro organiseert workshops in de provincie. Het buro kampt in 1988 met financiële tekorten (“wanbeheer”, wederom) en de workshops te laten organiseren door de SJIG die zelf toch al workshops organiseert ligt voor de hand.  Het popburo overlegt erover met het bestuur van de SJIG.
Nog geen week laten verschijnt er echter een ingezonden in het Nieuwsblad van één van de mensen van het popburo – Douwe van der Zwaag – dat het bericht in de krant van 9 december niet klopt. Het popburo verkeert in liquidatie en hij heeft weliswaar overleg gehad met de SJIG maar dat was op persoonlijke titel. Concerten afspraken zijn er dan ook niet gemaakt maar dat de SJIG zowel de jazz- als de pop-workshops coördineert is wel logisch, maar dat moet eerst beter worden onderzocht vindt van der Zwaag.

Marathon
Het rommelt flink in 1988 rond de Marathon. In 1987 was het bezoekersaantal al afgenomen en de directeur van De Oosterpoort Pim van Klink vindt dat er wel iets moet gebeuren omdat hij anders geen toekomst meer ziet voor het festival. Zowel bij de SJIG-bestuurders als bij lokale muzikanten bestaat angst over het voortbestaan van de marathon.
In maart komt het bericht van de Oosterpoort dat de Marathon tot nader order wordt uitgesteld. Verbazing alom volgens het Nieuwsblad.
In de zomer vinden er gesprekken plaats tussen de organisatie van Swinging Groningen en De Oosterpoort over de mogelijke samenvoeging met de Marathon maar De Oosterpoort vindt het daar nog te vroeg voor.
Tot grote verbijstering van het bestuur van de SJIG heeft de Oosterpoort de organisatie van de jazzmarathon (op 10 december) vervolgens uitbesteed aan twee New Yorkse club-eigenaren, Michael Dorf (organisator bij de Knitting Factory) en Bob Appel. “twee amateurs” volgens muzikant Hans Hoeksema omdat de heren zich pas de laatste 1 ½ jaar hebben verdiept in hedendaagse jazz. Het programma bestaat uiteindelijk uit Nederlandse en New Yorkse muzikanten

Met name Groningse muzikanten zijn boos omdat ze vrezen voor hun optredens op de Marathon dit jaar en komende jaren. Uit protest organiseren ze een alternatieve Marathon in De Spieghel, de vrijdag voor de Marathon. Daar treden o.a. op De Chief Inspectors of Noise, de Noodband, Johan Huizing Kwartet, het Gronings Leerorkest, TamTamFanFare en Gerard Ammerlaan.

 

 

 

 

 

 

 

Tenorsaxofonist Johan Huizing wint in 1988 de Henri de Wolff prijs voor zijn bijdrage aan de Groningse jazz. Op 18 juni wordt de prijs, een kunstwerk van Nico Visscher, aan Johan uitgereikt in de Pinakotheek van Forma Aktua. ’s Avonds treedt Johan met z’n band op in De Spieghel. Tijdens het praatje voor de overhandiging van de prijs wijst de juryvoorzitter er nog maar eens op dat de aanleiding vier jaar geleden voor de instelling van de Henri de Wolff prijs – de “dreigende ondermijning” van de JazzMarathon – helaas nog steeds actueel is.

Videobeelden van de uitreiking op OOG TV.

Concerten SJIG
38 concerten in De Spieghel dit jaar, “grote klappers” volgens het jaarverslag van de SJIG zijn de concerten van James Moody, Big Jay McNeely, Vera Vingerhoeds, Frans Vermeerssens’ All Ears en Dick de Graaf.

Foto van de achterzijde van de gelijknamige plaat van saxofonist Frans Vermeerssen, met de broers Arling op drums en bas, Herb Robertson op trompet /flugelhorn en Piet Hoeksma op gitaar.

In de provincie organiseert de SJIG 31 concerten op 8 podia (Leek, Veendam, Sappemeer, Garnwerd, Delfzijl, Wehe den Hoorn en Winsum) en de SJIG draagt inhoudelijk en organisatorisch bij aan de tweede editie van de ZomerJazzFietsTour, 15 concerten vinden er plaats, voornamelijk Nederlandse formaties.

Workshops
De workshops die de SJIG organiseert blijven populair en de SJIG bedenkt dit jaar een nieuw workshop-achtig concept, het “Band Cooking Project”. Een muzikant kan samen met een bestaande band een week lang samen repeteren en vervolgens een concert verzorgen in De Spieghel.  De eerste Cooker is Hans Hoekstra die samen met de Afrikaans en Zuid-Amerikaans georiënteerde band Swish.

Drummer Victor de Boo leidt een workshop waaraan ook pianist Boelo Klat deelneemt en Boelo blijkt ook een geweldige drummer te zijn. Renze de Vries adviseert hem in het Nieuwsblad daar vooral mee door te gaan. Nieuwe workshopleiders zijn gitarist Dick Rusticus en saxofoniste Els Bruining. Workshops zowel in de De Spieghel (60 deelnemers) als in de provincie (Tolbert, Veendam en Winsum ruim 30 deelnemers).
In 1988 wordt ook een nieuwe stichting opgericht, de Groningse Leerorkest Jazz en geïmproviseerde muziek.  Het leerorkest, specifiek bedoeld om jazzmuzikanten op te leiden en gedurende 1 of 2 jaar actief met impro bezig te laten zijn, staat onder leiding van Johan Huizing.